zondag 29 mei 2016

//WL2K We zijn er, aan de overkant..

Er is iets gebeurt, niet iets erg schokkends maar voor ons toch wel ingrijpend..
Het is niet schokkend omdat met ons nog vele anderen het doen, maar toch, er zijn er meer die het niet doen en vooral ook nooit zouden willen..
Wat is dat schokkende dan? Wel, we zijn Oceaanzeilers geworden..! Neptunes nog niet de hand geschut overigens..

Eigenlijk zijn we dat natuurlijk al langer, maar de eerste overtocht naar de Cariben was toch anders.
Dit was iets waar we tegenop zagen, verhalen over windstiltes, stormen, golven etc.Verhalen over dolfijnen en walvissen of orca's..
We keken er naar uit! Waren ook best weer aan wat te varen toe.
En weet je, nu hebben we het gedaan! We zijn de oceaan overgestoken, niet de grootste, maar toch, een echte!
Lang geleden repte ik over die zee, die eindeloze zee, maar die is hier zo mogelijk nog eindelozer, nog leger maar vooral wisselvalliger. Het is een aaneenschakeling van weersystemen die elkaar in rap tempo opvolgen, hoog laag hoog hoog laag er even tussendoor en ruggetje hier of ruggetje daar, overal loert er wel iets.
Het heeft ook wel weer iets, je bent actief bezig weerberichten te verzamelen en met mede zeilers te overleggen via de radionetjes wat de beste techniek gaat worden. Daar wordt je eigenlijk ook niet wijzer van omdat de meesten allemaal iets anders hebben gehoord en weer anders daarop reageren. Daarnaast zijn er de professionele routeerders die ook moeten verdienen maar niet al te aansprakelijk willen zijn voor geleden schade van een mis-interpretatie van het weer, en uiteindelijk, het blijft het weer.. Onvoorspelbaar!
Als je de grib hebt binnen gehaald, heb je mazzel als de wind zich er aan houdt, meestal doet hij zijn eigen zin.
Maar het geeft zo een oversteek ook wel weer zijn charme, de heenreis was 13 dagen lang voor de wind weg en voor de vorm hebben we het zeil een keer veranderd maar dat was eigenlijk niet nodig geweest.
Deze 13 dagen zijn we dus ook met de zeilen en weerkaarten druk geweest, zeilen er op, er af, minder, meer, minder etc. De boom hebben we alleen vandaag even erin gehad, maar dat was zonde van de moeite. De wind kwam niet..
De weerkaarten binnenhalen, bekijken en overleggen met onze routeerder thuis, (handig hoor, een zeevarende zoon, die weet precies tot welke hoogte van de golven je nog "lekker op en neer kan gaan") over de te volgen strategie om niet te veel maar ook niet te weinig wind te hebben. Een heel gepuzzel en radio gepruts. Verder is er de dagelijkse zorg voor LJS, die heeft het zwaar te verduren gehad in het alsmaar durende klappen van golven tegen de romp, zelfs regelmatig er gewoon overheen, de tijden zonder wind maar waar de golven het tuig uitkloppen dat alles staat te trillen op dek en in de kastjes. Gelukkig is de schade beperkt tot een scheur hier en een schaviel plek daar en hebben we het op wat gebroken stuurlijnen en een kapot blok na heel kunnen houden. LJS heeft zich bewezen..

Maar nu is het dus bijna zover, vanmiddag doemde Flores, het westelijke eiland van de Azoren voor ons uit de nevelen op, een mooi gezicht, een emotioneel moment, een borrel waard! Na bijna 1700 mijl in eigenlijk 13 dagen, zijn we er, een stukje verder op ons rondje Atlantic, een serieuze stap dichter bij huis..

Groeten vanaf Long John Silver.

donderdag 12 mei 2016

Sint Eustatius, even terug in Nederland

Sint Eustatius in zicht
Na een vroeg vertrek vanaf StKitts komen we om 11 uur al aan op Sint Eustatius. We varen in een eilandenrij die dicht aan een gesloten is. Het was een mooie zeiltocht over een hobbelige zee waardoor de Oranjebaai relatief rustig lijkt. We zijn weer in Nederland, wel een erg vreemd gevoel. Toch is dit eilandje nauw verweven met de Nederlandse geschiedenis. We hebben gelezen dat in de 18-de eeuw de Oranjebaai de drukste haven ter wereld was en dat er tot wel 300 boten tegelijk voor anker in de baai moeten hebben gelegen. Doordat Nederland neutraal was werd Sint Eustatius gebruikt door landen die met elkaar in oorlog waren, om handel te drijven. Er werd van Sint Eustatius veel meer geëxporteerd dan er ooit gegroeid kon hebben, zo werd er 600.000 ton suiker geproduceerd en 20 miljoen ton geëxporteerd. Soort witwassen van goederen dus. Zwart randje is de slavenhandel die ook erg floreerde. In deze tijd stond Sint Eustatius bekend als de gouden rots. Daar waren wij toch wel heel nieuwsgierig naar.

Een stukje van de handelsgeest is nog herkenbaar. Als we aan komen varen zien we voor het eerst sinds we in de Carieb zijn tankers liggen, en wel 6 stuks. Sint Eustatius heeft een grote olie op- en overslag terminal en is weer een ‘drukke’ haven geworden.
Baai van Oranjestad
In de baai liggen veel historische resten en koraal dus wij pakken voor de verandering eens een mooring. We gaan zo snel mogelijk aan wal om in te klaren en het stadje te bekijken. Ook hier kunnen we gelukkig gelijk in- en uitklaren.  Dan lopen we via de benedenstad met enkele mooi gerestaureerde gebouwen naar de bovenstad. Heel grappig is dat veel van de grotere gebouwen van ‘geeltjes’ zijn gemaakt, de steentjes die typerend zijn voor veel Nederlandse huizen. Het is erg leuk om door de kleine straatjes te dwalen en het is ook duidelijk te zien dat er heel veel is opgeknapt in de afgelopen jaren. Vanaf fort Oranje hebben er een erg mooi uitzicht over de Oranjebaai en LJS die er in ligt. Voor het eerst in een jaar weer in Nederlands water, maar dan wel helder blauw.
 


Zaad van de zijde katoenboom, zijde zacht inderdaad. In het verleden in kussenslopen gebruikt, moet heerlijk slapen.
Oranjestad is mooi stadje, redelijk recent flink gerestaureerd

Alle gele steentjes van de huizen zijn in het verleden als ballast met de schepen meegekomen

Fort Oranje

Je zal je boot toch maar zo zien liggen... trots!
 

Plaquette alsdank van de Amerikanen
In het fort leren we dat Sint Eustatius als eerste Amerika als onafhankelijke natie heeft erkend door dat de gouverneur uit beleefdheid de saluutschoten van een Amerikaans schip heeft laten beantwoorden. Er is daardoor nog steeds een nauwe band met Amerika en er staan diverse bedankt plaquettes van Amerikaanse presidenten en organisaties. We ontdekken buiten de Nederlandse stagaire niemand die Nederlands spreekt. Volgens de taxi-chauffeur leer je het wel op school zodat je naar vervolgonderwijs kan in Nederland. Blijkbaar is het een taal die je snel vergeet. Onze chauffeur kon het wel verstaan, niet spreken. De voertaal is Engels.
Na beneden wat te hebben gedronken nemen we een taxi om ook wat van de rest van het eiland te zien. We rijden eerst naar de voet van de vulkaan waar nog de resten van een fort te zien zijn met kanonnen gericht op St Kitts. Er is ook een er mooie kalksteenformatie die uit zee oprijst. Duidelijk opgestuwd door de vulkaan.  
Geschut gericht op St Kitts
OPgedrukte kalksteenformatie die tegen de voet van de vulkaan ligt
De chauffeur verteld veel over zijn eiland en is er duidelijk trots op. Wij vinden het nogal kaal en buiten de olieterminal is er ook nauwelijks werk. Grappig is dat we voor het eerst sinds lange tijd iemand spraken die duidelijk een mening had over dingen, positief en negatief. Wellicht ook een Nederlands trekje? Na verloop van tijd kwam het gesprek op de nieuwe staatsindeling in 2010. Onze chauffeur was er blij mee nu een gemeente van Nederland te zijn. Het was niet leuk dat ze nu belasting moesten betalen maar het voordeel was dat nu wel de wegen werden onderhouden, de scholen boeken en airco hadden en de corruptie afgenomen was.
We rijden door de buitenwijken van Oranjestad en horen dat de meeste mensen liever in een groot huis buiten de oude stad wonen waardoor de oude stad met leegstand te maken heeft. Heel jammer want daardoor mist het stadje levendigheid. Het midden van het eiland is een grote vlakte met een vliegveld en wat kleine tuinderijen waar we wat tomaten ontdekken. Er groeit weinig. Naast de weg lopen de koeien, schapen en geiten in groepjes rond. Het is een heerlijk rustig eiland waar zo op het eerste oog weinig gebeurt.
 
 




Sint Eustatius heeft ook een prachtige vulkaan, gelukkig vast in slaap

Na een uur werden we weer bij de haven afgezet. Een blik op LJS deed ons besluiten nog maar wat langer aan wal te blijven. De boot slingerde waanzinnig, het zou geen feest zijn om aan boord te zijn. Dus noodgedwongen zijn we uit eten gegaan. Wat een straf om op reis te zijn ;-) .
Ook hier loopt het eten naast het terras

Rum punch als afsluiting van een mooi bezoek aan Sint Eustatius
 Na een onstuimige slingerende nacht zijn we op tijd vertrokken naar Sint Maarten om daar Bart te ontmoeten. Met een beetje doorvaren zouden we tegelijk aan kunnen komen.


Montserrat, erg indrukwekkend

Terwijl we wegvaren van Antigua zien we het in de verte al liggen, Montserrat met zijn hoge actieve vulkaan. We turen of we rookpluimen uit de vulkaan zien komen, maar helaas het zijn gewoon wolken. We hebben een mooie zeiltocht, ruime wind, 20 knopen. We stuiven en surfen over de golven naar Montserrat.

 Als we de noordpunt van Montserrat ronden halen we het grootzeil weg, beducht op valwinden vanaf de bergen. Het valt echter mee en aan de lijzijde van het eiland varen we heel rustig naar Little Bay. Het is de enige haven waar je kan inklaren en eigenlijk ook de enige goede ankerbaai op het toegankelijke deel van het eiland. Op weg naar een open plek om ons anker te laten zakken worden we voorbij gestoven door een charter catamaran die pal voor onze neus zijn anker laat vallen. Geen plek meer voor ons. Wij beginnen een hardgrondige hekel aan charterboten te krijgen. Het aantal neemt toe tijdens onze reis en het benul van zeilen op die boten duidelijk af.

We vinden gelukkig een veel mooier plekje aan de andere kant van de baai onder een mooi klif. Vanaf de boot kunnen we erg mooi snorkelen in kraakhelder water. Na de anker inspectie komen we een schildpad tegen die nietsvermoedend van het koraal hapt. We kunnen hem een tijdje volgen tijdens zijn zwemtocht tussen de grote keien met koraal. Helaas net geen fototoestel bij ons.

LJS in Little Bay Montserrat
Flaneren langs boulevard van Little Bay

S’Avonds willen we op de kant kijken waar alle muziek vandaag komt, het klinkt als een feestje. Maar we worden op de kade opgewacht door een norse douane mevrouw. Omdat wij nog niet zijn ingeklaard mogen we niet van boord. Ook niet naar het restaurantje 100 meter verder op. Dus terug naar de boot en van een afstandje luisteren dan maar. De volgende dag klaren we in via een loket of 4. Het enige voordeel is dat we ook gelijk weer kunnen uitklaren omdat we maar één of twee dagen blijven. Na het inklaren gaan we op zoek naar de VVV die we niet kunnen vinden. Dan stappen we maar in de taxi die voor de tweede keer komt vragen of wij een tour willen maken. Na wat afdingen komen we tot een mooie prijs en rijden we via wat kennissen van de taxichauffeur (hij was bezig met wat dingen regelen en maakt dat even af met ons in de auto). We vinden het prima zo zien we wat coulour locale van het eiland. De zuidkant van het eiland is heel groen met regenwoud en steile heuvels.  Na dat ik uit een bron langs de weg heb gedronken die maakt dat je weer terugkeert naar Montserrat slingeren we ons naar het vulkanisch zuidelijk deel van het eiland.


Langzaam vorderen we naar de andere kant van het eiland, de no-go zone. De Soufriere vulkaan op Montserrat is een actieve en in 1995 begonnen aan een serie uitbarstingen. In 1997 leidde dit tot de evacuatie van bijna alle 11.000 bewoners. Inmiddels zijn er weer een aantal mensen teruggekomen en wonen er 5000 mensen. Net als Antigua is Montserrat een zelfstandig land waarvan de Engelse koningin het staatshoofd is. De meeste mensen waren dan ook naar Engeland gevlucht voor de vulkaan en daar is nog steeds een hele grote groep Montserratianen die graag terug willen als er genoeg werk is. Onze taxichauffeur is destijds ook naar Engeland gevlucht met zijn vrouw. Die vrouw is hij daar kwijt geraakt aan iemand vanuit Jamaica (hij heeft het nog steeds niet zo op Jamaicanen) en hij is zodra het weer enigszins veilig was terug gekomen. Het is duidelijk, we treffen deze keer een spraakzame chauffeur die we ook nog eens een keer kunnen verstaan .
Uitzicht over de vulkaan en no-go zone vanuit het Vulcano Observatory
Aan de rand van de Central Hills die de zuidkant van het eiland tegen de vulkaan beschermen gaan we naar het Vulcano Observatory. Dit is een onderzoekspost waar de activiteit van de vulkaan 24-7 in de gaten wordt gehouden. Er zijn alarmeringsdiensten die de bevolking kunnen waarschuwen als het weer tot een uitbarsting komt. Overal zijn waarschuwingen om stofkapjes bij je te hebben en zo snel mogelijk uit het gebied rondom de vulkaan te gaan. Nu moet je weten dat het eiland maar 3 bij 12 kilometer groot is en dat er dus niet zo gek veel ruimte is om te vluchten. Vanuit het Observatie centrum hebben we een goed uitzicht over de vulkaan en de enorme lava/as velden die zich aan de voet er van uitstrekken. We kunnen de voormalige hoofdstad Plymouth goed zien liggen, bedolven onder de as. In het centrum wordt ook een indrukwekkende film vertoond van de uitbarstingen van de vulkaan en de gevolgen voor de bevolking.

We rijden nog een stuk verder naar de rand van de no-go zone waar een luxe woonwijk was waar veel Amerikanen, Canadezen en Duitsers een tweede huis hadden. De huizen staan tot de eerste verdieping in de as, al het houtwerk is er af gebrand. Vanaf het terras van een voormalig hotel, dat net voor de uitbarsting geopend zou worden, hebben we een schokkend uitzicht over Plymouth. Het is onvoorstelbaar zoveel er verwoest is door het natuurgeweld. Wij zijn er stil van. De taxichauffeur praat door over wat er allemaal was voor de uitbarsting. We beseffen dat hij heimwee heeft naar de tijd voor de uitbarsting. Door het rondleiden van toeristen en het vertellen over wat er was houdt hij zijn herinneringen levend en geeft hij uiting aan zijn heimwee.


Bedding van Belham River vol met de resten van de modderstromen

Leguaan houdt de wacht wie de het gebied in en uit gaat.

Rivierbedding vol as

Oude suikermolen met alarm sirenes er naast
We kijken ook nog even in het hotel, de eerste verdieping is niet te zien, op de tweede staan de kamers tot halverwege het plafond vol as. Er is niets van over. Het is diep triest. Toch is dit nog natuurgeweld en niet te vermijden. Als je dan denkt aan de verwoesting die je dagelijks op het journaal zien in oorlogsgebieden dan snapje niet dat het mogelijk is, dat mensen elkaar dat aan doen. Complete samenleving ontwricht, mensen op de vlucht en families ontwricht.

De receptie van het ooit sjieke hotel

Zwembad vol met as


Eerste etage van het hotel

Uitzicht vanaf het terras van het hotel
Ons bezoek aan Montserrat is wel het meest indrukwekkende van de hele reis. We hebben al heel wat vulkaangebieden bezocht (eigenlijk bijna alleen maar), maar nergens was het gevaar zo tastbaar.

We zijn ook onder de indruk van de veerkracht van de Montserratianen die hun leven weer oppakken en niet bij de pakken gaan neerzitten. Het zijn erg vriendelijke en spraakzame mensen (die ene douane dame wat minder, maar dat is dan ook haar werk).
 
Terwijl we op Montserrat zijn horen we dat Bart, de oudste zoon van Stef, over een paar dagen op Sint Maarten is voor zijn werk. Dit doet ons besluiten om een beetje vaart te maken en na één dag van Montserrat te vertrekken. Na een nacht illegaal (zonder inklaren) bij St Kitts tussen de mega jachten voor anker te hebben gelegen varen we door naar Sint Eustatius dat we ook zeker gezien willen hebben als exotische Nederlandse gemeente.



Antigua


De tweede poging om naar Antigua te komen slaagde. We hadden een heerlijke zeiltocht. Nog steeds hoog aan de wind maar iets minder wind en golven dan de dag eerder. En als we dan onderweg ook nog bezoek krijgen van dolfijnen is onze dag helemaal goed. Wat heet, we moeten er zeker een maand op teren want we zien ze helaas erg weinig. Onderweg vertelde iemand dat dolfijnen niet van vieze onderwaterschepen houden… we poetsen ons dus suf en echt niet alleen om harder te gaan. Het mag niet baten gepoetst of niet wij krijgen ze meestal niet op bezoek.  

Eindelijk weer dolfijnen

Heftige tocht
Op Antigua komen we aan in Falmouth Harbour, een grote goed beschutte baai met veel anker mogelijkheden. Terwijl we aan komen varen zien we de eerste mega jachten al liggen. Antigua is het zeilmekka van de Carieb met verschillende regatta’s en heel veel mega jachten zowel zeil- als motorjachten. Ook al hebben wij een voorkeur voor iets handzamer bootjes we kijken onze ogen uit.

Ons favoriete mega-jacht
 De volgende dag is een onstuimige, de ene na de andere hevige regenbui komt over. Vanuit Falmouth Harbour kan je naar de befaamde English Harbour lopen waar Nelsons Dockyard is. Daar klaren we de volgende dag tussen de buien door in. English Harbour is een baai die veel kleiner is en nog veel voller met mega jachten en een grote marina waar deze boten uitgestald zijn. Nelsons Dockyard is een gerenoveerde oude werf waar Nelson nog de scepter heeft gezwaaid. Het is erg mooi gedaan en de vele bordjes met het hoe en waarom van de gebouwen doen de historie herleven. Antigua is samen met Barbuda een onafhankelijk land waarvan Queen Elisabeth het staatshoofd is.

Heftige buien trekken over Falmouth Harbour


Nelsons Dockyard
Ook tijdens het inklaren kijken we onze ogen uit. Men heeft hier SailClear, een programma om in te checken, heel handig. Maar de zeilers moesten vooral weten dat dit een ander programma was dat Sea Clear dat op vele andere kleine eilandjes als kopie in gebruik was. Nu maken wij van SeaClear vaak gebruik, reuze handig en alles kan van te voren met gebruik van éénmalig ingevulde gegevens. SailClear is alleen hier in gebruik en lijkt ons eerder een kopie van het kleine eilandjes programma. Antigua dat zich wil onderscheiden van de rest. Maar na een uur waren wij officieel in Antigua en mochten we vrij rondlopen en varen.  Wij wandelen een stuk om Falmouth Harbour en bezoeken de vele gespecialiseerde kleine winkeltjes op zoek naar een nieuw contactslot voor de motor (deze wil niet meer uit, een kleiner probleem dan dat hij niet meer aan wil). En een nieuw koolfilter om ons drinkwater te zuiveren, bij het innemen van regenwater in Bequia is de oude volledig dicht geslibd, maar was dus erg nuttig. Het filter vinden we, het contactslot helaas niet. We kopen nog wat brood in een kleine supermarkt en hebben het dan wel gezien. Aan land is het veel warmer dan op de boot, een wandeling over zandwegen in de brandende zon is iets wat wij niet zo heel lang volhouden.


Onderwater heremietkreeft .... zware verhuizing
Terug op de boot snorkelen we nog even maar er is niet veel te zien ook al liggen we bijna aan de buitenkant van de baai net achter het rif. Wel een vondst was een enorme heremietkreeft die zich moeizaam een weg over de bodem baant van niets naar nergens. Nou ja, in onze ogen dan. Wat is dit toch een vreemde uitvinding zo’n beest met zo’n enorme schelp als huurhuis.



Na 2 dagen vertrekken we vanuit Falmouth Harbour naar Mamora Bay. Het is weer eens tegen de wind en ook stroom in, maar daarom kunnen we lekker 3 uur zeilen over deze kleine 5 mijl. Al kruisend komen we ook steeds dicht bij de kust met mooie rotsformaties. In de baai voor Mamora Bay heeft Eric Clapton een huis. Zeg maar gerust een hele landtong, afgezet met hekken en een enorm landhuis met bijgebouwen.  De tijd dat wij in Memora Bay liggen zien we geregeld helikopters heen en weer vliegen, waarschijnlijk is hij dus thuis.

Eric Clapton zijn optrekje... eigen schiereiland met groot hek
Memora Bay is een ondiepe bijna geheel omsloten baai waar de St James Club aan ligt. Wij liggen heerlijk rustig daar als enige cruiser met als entertainment de kleine catamarans en peddelaars  van de Club die langs komen zeilen enpeddelen.  We beginnen door ons water heen te raken en zouden volgens onze pilot (boek met handige informatie) bij de Club water moeten kunnen krijgen. Wij vragen, ja hoor, kom maar langs. Als wij dat tegen het vallen van de avond doen is net de boot met duikers aan het uitladen en het slot van het water. Wij tappen al onze tankjes vol en maken 3 tochtjes heen en weer naar de boot om alles in de grote tanks te gieten. Bij de laatste keer gaan we ook maar even een biertje drinken in de club en kletsen daar wat met de enige andere boot in de baai, een gecharterde catamaran. Het is in de Carieb de eerste keer dat we gratis aan ons water komen, maar daarvoor waren we dan we 1,5 uur in touw met water van de kant van de zee de zee in te dragen.. Water is een schaars ding in de Carieb met uitzondering van de groene eilanden Martinique en Dominica. Alleen deze beide hebben grondwater reserves die de vraag naar water aan kunnen. Het gesprek bij de kapper leerde ons dat het al bijna 3 jaar heel droog was op Antigua en de flora erg verdroogd. Er is weken hevige regenval nodig om dat weer te herstellen. Ook de huishoudens hebben er last van, het water wordt geregeld afgesloten. Als het midden in de nacht opeens aan gaat zet iedereen gelijk de wasmachine aan want je weet niet hoe lang het duurt. De huizen hebben zelf allemaal wel regen opvangputten die  via de daken worden gevuld maar die staan allemaal droog.

Grote stern op de steiger
We liggen twee dagen in Memora Bay en gaan dan anker op om weer 5 mijl tegen de wind in te varen naar Non Such Bay en Green Island. Het is een soort estuarium met helder blauw ondiep water. Het is even puzzelen om tussen de riffen door binnen te komen maar gelukkig liggen er ook enkele tonnen. We vinden een droomplekje naast Green Island. Uitzicht op wit strand en palmen, een typische Carieb idylle, Bounty like. Verder ook niets te doen dan snorkelen en om je heen kijken. Heerlijk rust gevend. Om niet helemaal lui te worden maken we de boot maar weer eens schoon…. Inderdaad voor de dolfijnen.
 
Met grote plamuurmessen schrapen we de boot geregeld schoon.

LJS voor anker bij Green Island

Bijschrift toevoegen
Dode kreeft op het strand, wel nog heel mooi in tact

Green Island flora
 
We blijven twee nachten en varen dan naar English Harbour om uit te klaren. Dit is terug dus een heerlijk tochtje ruime wind. English Harbour is erg vol en het anker wil niet houden. Na een paar pogingen en vruchteloos snorkelend zoeken naar een goede zandplek besluiten we om maar door te varen naar Falmouth Harbour waar meer ruimte is en betere ankergrond. We eten ‘s avonds nog wat op de kant. De volgende dag klaren we uit en varen naar een baai aan de zuidwest kant van Antigua, Old Road Buff. We liggen er bijna alleen in super helder water en snorkelen lang boven de riffen aan de kant. De volgende dag op naar Montserrat. Wij hebben besloten niet naar Barbuda te gaan omdat dit de weg naar Montserrat zou afsluiten en we moeten nu eenmaal keuzes maken ook al hebben we nog zo veel tijd.
 
En nog wat vissen foto's voor de liefhebbers. Ze blijven zo mooi, kan het niet laten om er nog meer te delen....
Slakjes gevonden


Rare grote vis onderwater