Het is ons gelukt. In een paar lange tochten langs de
Portugese kust naar beneden en we hebben heerlijk weer bereikt. Dit blog
schrijven we in Sines waar we relaxen en klussen in korte broek!
Na een paar relaxte dagen in A Coruña gaan we verder (16
oktober). We zien voorlopig geen mooi/gunstig weervenster dus dan maar met
minder gunstige omstandigheden verder. Het zonnige zuiden trekt. We varen in twee
moeizame dagen tegen de wind in, soms zeilend/soms motorzeilend richting
Finisterre. De beruchte kaap wil ons niet zo maar doorlaten, we moeten er voor
werken. Met een tussenstop in Corme (erg onrustige ankerplek door de swell die
de haven binnenloopt) bereiken we Ria Camariñas om de hoek van Finisterre. Het
is de groenste en kleinste ria aan de westkust en onze favoriet. In Camariñas
is de haven bijna leeg. De verwachting is een paar dagen harde tegenwind en
veel regen dus we blijven weer even liggen. Voor het gemak gaan we de haven in.
Als we in de bijboot door de regen moeten gaan we helemaal de kant niet op. Nu
kunnen we af en toe even de benen strekken tussen de buien door. Camariñas is
een leuk authentiek plaatsje. Er zijn een paar
restaurantjes aan de kade die
vooral door lokalen bezocht worden en waar we heerlijk eten. Het is ook een
plaats waar kantklossen nog als een kunstvorm wordt gezien. Overal zijn
winkeltjes met gekloste kleedjes. Kinderen krijgen vanaf hun 6-de al les in
kantklossen op de basisschool. De natuur langs de kust is erg groen met ruige
kliffen, dit vraagt ook om een wandeling. Na 3 dagen gaan we verder. We
besluiten om de andere 4 deze keer over te slaan en varen via een overnachting in
Aguiño naar Cies. Tijdens een bezoek van de douane hebben we gevraagd hoe het
zat met de vergunning en of we die nog steeds nodig hadden. De heren van de
autoriteiten waren bijzonder relaxt. Geen vergunning nodig, er komt nu buiten
het seizoen toch niemand controleren. Dit is voor ons een nieuwe kant van de
Spaanse autoriteiten die meestal erg strikt en formeel zijn. Inderdaad is het
erg rustig op Cies.
Er liggen maar drie boten voor anker (waarvan twee
Nederlandse). Het is voor de verandering heerlijk zonnig en in korte broek
maken we een wandeling over het strand en bos. Genieten van rustige natuur in
topvorm. Hoe anders was het hier 5 jaar geleden toen we in file tussen de selfie
sticks omhoog liepen naar de vuurtoren. We maken nog even kennis met de Doejong.
Na het eten gaan we anker op. We hebben uitgerekend dat we voor de 260 mijl twee
nachten moeten doorzeilen als we Lissabon bij daglicht willen bereiken. En er
staat eindelijk een gunstige noordelijke wind. De Portugese Nortada die we tot
nu toe zo gemist hebben.
Eenmaal buiten hebben we inderdaad de wind van achteren. Er
staan
flinke rollers en we hebben alle zeilen uitgeboomd en vastgezet. De wind
is wat variabel en ongeveer om de 6 uur moeten we iets aan de zeilvoering
veranderen.
Schitterende zonsondergang onderweg |
Geregeld zien we dolfijnen, altijd een feest onderweg. De eerste 24
uur maken we 146 mijl, een goed gemiddelde. De hele route varen we naast, voor
of achter de Imagine (altijd in zicht). Kan je je voorstellen dat je zo lang dezelfde
snelheid hebt, uniek. Woensdag 23 oktober om 7.30 gijpen we en slaan wij
linksaf naar Lissabon. Onder het genot van een kop koffie (het schommelt
eindelijk niet meer zo) varen we met zonsopgang de Taag op. Vanaf het water heb
je een erg mooi zicht op Lissabon. We zijn door andere zeilers getipt om naar
Seixal te varen. Een klein dorp/voorstadje aan een riviertje aan de overkant
van de Taag. Hier gaan wij op een hele rustige plek voor anker. De zon schijnt en
we komen bij van de tocht. Na de klok rond te hebben geslapen wandelen we de
volgende dag door het dorp, lunchen op een
Niets zo lekker als douchen in de zon op het achterdek na een lange tocht |
Kleurrijke details op de oude boten zijn een lust voor het oog |
Oude zeilboten nog in gebruik in Seixal |
Ondanks het latertje van gisteren gaan we vroeg ankerop om met
het laatste tij de stroom op de Taag mee te hebben. Zo vroeg hebben we nog geen wind en we
motorren met opkomende zon de Taag af. Als we afslaan naar het zuiden staat er
wat wind en kunnen we zeilen tot aan kaap Espichel. De hele ochtend worden we begeleid
door dolfijnen. Ze blijven op de boeggolf heen en weer dansen.
Bij de kaap is de
wind op en varen we het laatste stuk op motor naar Sesimbra. Een erg lelijk
stadje dat zich kenmerkt door hoge vakantieflats aan de baai. We komen dan ook
niet verder dan de haven waar we lekker luieren in het zonnetje. De volgende
dag weer vroeg op weg naar Sines. Helaas
bijna de hele weg op motor geen wind of heel klein zuchtje tegen. We kruisen
een uurtje als we er bijna zijn, met stroom tegen schiet dat niet op. We gaan
in de haven liggen als we zien hoe de boten voor anker liggen te dansen op de
swell die de baai in loopt. Na een uurtje lijnen knopen en weer aantrekken of
omleggen liggen we eindelijk redelijk rustig aan de steiger. Pas over een dag
of 3 is er weer noordenwind dus we relaxen hier even. We hebben ook geen haast
meer, de temperatuur is boven de 20 graden en als het niet mist schijnt de zon.
Sines is weer een mooi stadje dat rond een baai
bovenop een klif is Vasco da Gama op zijn voetstuk. Maar er zijn meer mensen voor wie de horizon lonkt.. |
Lier wordt grondig onderhanden genomen |
Beleven alles mee zó leuk wordt het verteld!
BeantwoordenVerwijderen