vrijdag 20 maart 2020

Gedeeld plezier is dubbel plezier in Guadeloupe


Guadeloupe hebben we uitgekozen om bezoek aan boord te krijgen. We zeilen langs de groene eilanden en snorkelen in de vele mooie baaien die deze Franse speldeknop rijk is.
Guadeloupe is erg groen, uitbundig overweldigend groen
We komen volgens planning net voor ons bezoek aan in Guadeloupe. We doen eerst Marie Galante aan om in te klaren in Grand Bourgh. Dit plaatsje heeft een klein haventje waar nauwelijks ligplaatsen vrij zijn maar waar je midden in de haven mag ankeren. Het voelt een beetje vreemd met de af en aan varende veerboten, maar alles gaat goed en we liggen er heerlijk rustig. We treffen er een hele aardige Franse vastelander als douanier die gezellig kletst en de formulieren voor ons  invult. Wat een mazzel, meestal moeten we dat op de Franse eilanden zelf doen. Een bezoekje aan het toeristenbureau leert ons dat er op Marie Galante slechts één dag carnaval gevierd wordt en wel op zaterdag. Die onthouden we want carnaval meemaken staat op ons to-do-lijstje voor de komende twee weken. Op 18 februari varen we door naar Gosier, een tocht met pittige regenbuien onderweg. Ook de wind en de golven maken de tocht een uitdaging die we al een tijdje niet meer hebben gehad. Gosier is een ‘badplaats’ op het hoofdeiland van Guadeloupe. Er ligt een klein eilandje voor de kust waar achter je een soort van beschut kan liggen. In de middag komt ons bezoek aan boord. De steiger voor de bijboot hebben we nog niet gevonden dus de eerste uitdaging krijgen de beide dames gelijk voor hun kiezen. Kleren uit, boven je hoofd houden, in badpak naar de bijboot waden door de hoge golven (daarom landde Stef niet op het strand) en dan in de bijboot klimmen. Ze vinden het leuk?!?! We kletsen de hele middag bij onder het genot van cocktails van gekke tropische vruchten en schommelen dat het een lieve lust is. De dames worden niet zeeziek. Als ze dat zo niet worden dan gaat het straks onderweg ook wel goed. s ’Avonds gaan we uit eten om het begin van hun, en dus ook onze, vakantie te vieren. Gelukkig hebben we inmiddels gezien waar de bijboten heen varen en kunnen we bij een steigertje aan land. Wel zo handig.

De dames hebben heel voortvarend bij aankomst gelijk voor twee dagen een auto gehuurd om het eiland te verkennen. We scheuren twee dagen lang over het hele eiland. Hetgeen zeeziekte tot gevolg heeft bij Stef.
En daar zijn we niet alleen...
Een mooie wandeling door de jungle brengt ons bij de waterval.

 Maar gelukkig heeft hij dat op de boot al schommelend achter ons anker niet meer. Helaas is het weer nogal wisselvallig in deze dagen en verdwijnt de mooie groene natuur geregeld achter dichte regensluiers.
Het regenwoud doet zijn naam eer aan :-)
Toch hebben we weer een mooi beeld van Guadeloupe gekregen waarbij heel duidelijk het verschillende karakter van de beide helften te zien is.
Het hoge westelijke deel heeft steile groen beboste ‘bergen’, het platte oostelijke deel is een landbouw gebied vol met kleine dorpjes en lintbebouwing. Overal staan koeien aan een touw, ieder in het gezelschap van een zilverreiger. In dit deel wordt nog suikerriet verbouwd. De laatste auto dag doen we boodschappen voor
St Anne staat bekend om zijn typische
zwart-witte begraafplaats. Een verkoopster
heeft er een hele centrale plek gevonden.
paar dagen en verhuizen de dames met hun bagage van het pension (om eerst rustig te acclimatiseren) naar de boot. Op 21 februari varen we naar de haven van Point-a-Pitre om water te tanken. Manon vraagt netjes bij de kassa of we water mogen tanken. Prima, zelf doen (of zo iets in het Frans). Als we eindelijk alles hebben aangesloten en het water in de tank loopt komt de man uit zijn winkeltje. Hoeveel water hebben jullie nodig en je mag hier niet tanken dan moet je ook diesel afnemen. Heel raar, de man voor ons haalde ook alleen water. Er wordt wat gediscuteerd, ons bezoek spreekt vloeiende frans (is zelfs Française, wat een gemak!).  Maar de man is niet over te halen, ook niet als we 60 liter diesel erbij afnemen. Erg vreemd, zo iets hebben we nog nooit meegemaakt. We moeten van hem naar de marina om water te tanken. Ten slotte roepen we de marina maar op. Daar is men uiterst vriendelijk. Vragen nog waarom we niet bij het tankstation watertanken als we daar liggen. Maar we mogen in de haven tanken, in box gelijk aan de overkant. Wat een geluk, we maakten ons al zorgen waar we water konden krijgen, zoveel havens zijn hier niet. Na het tanken kunnen we eindelijk zeilen. Het is al laat maar we kruisen nog naar Petit Havre waar we voor anker gaan en snorkelen.  s ’Avonds eten we echte aan boord gebakken Franse crêpes.


Iedereen slaapt goed die eerste nacht aan boord. Na een relaxt ontbijt gaan we anker op en zeilen naar Marie Galante. We hijsen nog wel het grootzeil maar van zeilen komt het niet, er is geen wind. We snorkelen even bij Iles du Viex Fort, helaas te veel stroming om echt bij het eiland te komen. We maken een stop voor de lunch bij Point Massacre, er staat veel swell (liggen bijna in de branding). We varen nog iets verder langs de groene kust om een rustiger plek te vinden. Tijdens het zwemmen onderweg vinden we nog een fish trap (grote kooi) waar het boeitje af is en die dus niet meer door de vissers teruggevonden kan worden. Er zitten diverse mooie rifvissen in. Al snorkelend knippen we de kooi open zodat de vissen kunnen ontsnappen. Bij Port Louis liggen we redelijk in de golfluwte en gaan we voor anker.  

De volgende dag maken we een korte zeiltocht naar Grand Bourgh. Deze keer gaan we buiten de haven liggen om schoon water te hebben om te kunnen zwemmen. Zonder zwemmen is het in de hitte niet uit te houden. We liggen vlak bij een rif en dat is erg mooi snorkelen. Veel gekleurde vis en langoustines. Eind van de middag gaan we naar de kant voor het carnaval. Al snel zien we de eerste groep aankomen. Het is een
Haat en nijd tijdens carnaval, wel vrolijk gekleurd
verzameling van ouderen met fruitversieringen op hun hoeden en kleurige ouderwetse soepjurken. Bij het plein is een plek om te ‘stoppen’ en 3 minuten een dans te doen. Schijnbaar is er ergens een jury of zo. Het is hilarisch om naar de oudjes te kijken. Jaren van vetes en jalousie komen naar boven. Een dame doet niets anders dan de ‘dansers’ heen en weer schuiven zodat ze met elkaar willen dansen. De een kijkt nog valser dan de ander. Erg bijzonder. Is dit nu het vrije vrolijke carnaval? Als de groep na hun zeer moeizame dansje verder is getrokken achter hun versierde auto met muziek zoeken wij een terras op. Dit was het dan. Na twee planteurs (heerlijke lokale cocktails) horen we weer muziek. Deze keer
Ons geduld wordt beloond met vrolijk, swingend
en luid feest.
veel vrolijker en live. Snel kijken…. Dit lijkt er op, vrolijke gewaden, drums en dansen. Gelukkig er staat nog meer op het programma. De hele avond (en nacht waarschijnlijk) gaat het door en trekken de groepen door de straten. Steeds terugkomend bij het plein om te dansen. Het is een vrolijke, kleurrijke boel en duidelijk een strijd tussen de groepen om zoveel mogelijk herrie en zo uitbundig mogelijk te dansen. Heerlijk om te zien.

Als we de volgende dag boodschappen gaan doen loopt een restant van de jongeren groep nog lawaai makend door de straten om te collecteren voor de voorbereidingen van het feest van volgend jaar. Daar geven we graag een bijdrage aan. Met boodschappen voor een paar dagen zeilen we naar Les Saintes. Een mooie zeiltocht, heerlijk windje. We ankeren tegen het eind van de middag bij een onbewoond eiland (Grand Ilet, Point Basse). Het heeft een kleine beschutte baai, er liggen maar een paar boten. We liggen naast een mooi rif. Deze keer zijn het niet alleen de vissen die de aandacht trekken maar ook de koralen en sponzen die erg mooi zijn en er voor de verandering gezond uit zien.

 


De volgende ochtend gaan we eerst nog een keer snorkelen bij dit mooie rif. Daarna op genua een stukje verder naar Terre-de-Bas, Point du Gouvernail. Volgens de pilot zouden er veel schildpadden moeten zitten, helaas zien we er geen. Wel veel mooie vissen en koralen. Omdat we erg onrustig liggen en dicht bij de kant varen we eind van de middag door naar Anse Fideling. Deze mooie beschutte baai kennen we nog uit 2016. Toen lagen we er alleen te midden van pelikanen. Deze keer is het vrij druk in de baai maar vinden we toch nog een rustig plekje. Ook hier is het mooi snorkelen bij de koralen op de rotsen langs de kant. De pelikanen zijn er ook nog steeds en geven een mooi schouwspel als ze zich steeds opnieuw in het water laten storten.

De volgende ochtend gaan we aan wal en maken een wandeling door het dorp. Het ziet er een stuk beter uit dan in 2016. Veel huizen zijn opgeknapt en zitten goed in de verf. We drinken wat aan de haven en
 
gaan weer lunchen op de boot. Onze poging om voor de avond iets te reserveren om te eten loopt op niets uit. Restaurant is opgeheven, verder zijn er alleen soort van kleine barretjes. We besluiten om te blijven liggen en wat langer van deze mooie rustige baai en zijn koralen en vissen te genieten. Er is één plek waar veel plastic zit op een zandplek op de bodem heeft verzameld. Voordat we vertrekken snorkelen we een volle vuilniszak bij elkaar. 
We snorkelen een vuilniszak vol plastic van de bodem.

Het is geen wonder dat we weinig plastic zien drijven, het is gezonken.

Anse Fideling, een ruime beschutte baai
Begin van de middag zeilen we kruisend naar de volgende baai. Zo tussen in de beschutting van de eilanden is het heerlijk zeilen. We laten het anker vallen bij Iles de Cabris. Al snel worden we weggestuurd, we mogen er alleen aan een mooring en die zijn allen vol. Vlak buiten het mooringveld mogen we wel voor anker, helaas is het ruim 15 meter diep, voor de verandering gaat alle ankerketting over boord. De volgende dag maken we vroeg in de ochtend, voor het erg warm wordt, een wandeling over het eiland. Inderdaad Iles de Cabris heeft geiten, veel geiten. En gek genoeg ook een verzameling katten, meest rood. We klimmen naar Fort Josefien en genieten van het uitzicht over de baaien en eilanden van de Saints. Aan de overkant ligt Fort Louis. Tja, je zal weten dat je in Frankrijk bent! Na de wandeling vertrekken we weer naar het hoofdeiland. We kunnen ongeveer de helft zeilen, dan is na een flinke bui de wind helemaal op. Het is nog steeds vreemd wisselvallig weer. We motorren het laatste stuk naar de baai van St Anne. Je ligt er achter riffen maar dat maakt in dit geval niet veel uit voor de golven. Het schommelt er flink. Helaas is er alleen gras en niet veel te snorkelen.

29 februari is de laatste dag aan boord voor ons bezoek. We zeilen naar de haven van Point-au-Pitre vanwaar ze de volgende dag naar het vliegveld kunnen komen. Er trekken dikke grijze buien langs maar wij houden het droog. Bij het varkenseiland stoppen we nog even om te zwemmen en lunchen. Dan op naar de haven. We krijgen hulp bij het achteruit inparkeren en oppikken van de mooring voor de boot. Altijd weer even wennen zo tussen al die boten manoeuvreren. Gelukkig gaat alles goed. Al snel draait de eerste wasmachine en tanken we water. Met 4 personen en veel douchen na het zwemmen zijn we in een week leeg. In de avond gaan we uit eten voor een laatste avondmaal. Het wordt een gezellige laatste avond.

Dan is het 1 maart. Niet alleen de laatste ochtend aan boord voor ons
bezoek maar ook Manon haar 50-ste verjaardag, oef! In de ochtend een hoop stiekem ge-app van Stef. Als ik om 8 uur buiten sta komt er iemand met een groot bos bloemen over de steiger aanlopen. Vanuit Nederland is er door de familie Zwart een ontbijt, bloemen en taart geregeld. Wat een verrassing, tranen vloeien rijkelijk. Dit zijn de momenten waarop familie flink gemist wordt. Via een videoverbinding contact met Groningen. Om het te vieren
zitten ze daar al om 11 uur s’ochtends met een glas wijn klaar om te proosten. De hele dag verder wordt ik verwend, de boot hangt vol slingers. Buiten wappert de was minstens zo vrolijk. Havendag is altijd ook een wasdag. Om 14.00 stapt het bezoek in de taxi, ze hebben er van genoten. En wij eigenlijk ook van een soort vakantie. In de middag ontmoeten wij de Aquamarijn die ook net op Guadeloupe is aangekomen. Gezellige borrel op terrasje daarna samen uit eten voor verjaardag.
Proost, op nog 50 jaar
2 maart boeken we nog 1 nacht bij om rustig wat te kunnen klussen en meer was te kunnen draaien. Het wordt een dag van ontspannen klusjes en boodschappen doen in de supermarkt op de haven. De voorraden moeten weer aangevuld voor de rest van de trip. 3 maart varen we na een laatste keer boodschappen doen weer de haven uit. We varen om de zuidwest punt van Guadeloupe, een heerlijke zeiltocht waarbij al snel het rifje er uit kan. We gaan voor anker voor de hoofdstad Basse Terre op 10 meter kraakhelder water. Bij het anker ziet Stef een handdoek op de bodem liggen die hij opdregd. Weer een hoop microvezels uit het water verwijderd, en een nog handige handdoek ook. De volgende dag zeilen we langzaam in de luwte van Guadeloupe naar Pigeon Island. Het eiland ligt in het Cousteau National Marine Park. Helaas zijn de mooringen bij het eiland niet meer toegankelijk voor plezierboten en moeten we verderop voor anker. Was leuk geweest om bij het eiland te snorkelen. Langs de rand van de baai ook erg mooi koraal en vissen. De middag bereiden we verder de tocht naar Antigua verder voor. We hebben beide zin om weer een volgend eiland te bezoeken.

Hier onder nog enkele foto's van het schitterende onderwater leven.







Geen opmerkingen:

Een reactie posten